Mijn interesse in hoogbegaafdheid

Dini van den Heuvel

Vanaf 1986 heb ik me verdiept in hoogbegaafdheid. Ik kwam met het onderwerp in aanraking door onze kinderen.
In 1983 heb ik de studie M.O. A en B. Sociale Pedagogiek/Andragogiek afgesloten(1e graads bevoegdheid pedagogie, psychologie en didaktiek). Deze opleiding heeft mij kennis en inzicht verschaft in de manier waarop kinderen zich ontwikkelen en welke invloed de omgeving, gezin, onderwijs, leeftijdgenoten, clubs en andere delen van de samenleving hierbij (kunnen) hebben. De vakken pedagogie, psychologie en didactiek zijn ruimschoots aan bod gekomen. Aan hoogbegaafdheid werd in die tijd nauwelijks aandacht besteed.

Bij de Dr. Binetstichting te Tilburg, waar ik van 1987 tot 1990 werkte, heb ik mijn studie aangevuld met kennis over hoogbegaafdheid. Ik heb er o.a. meegewerkt aan het kwartaalblad 'Mededelingen' en een bijdrage geleverd aan het opzetten van cursussen voor begeleiders van hoogbegaafde kinderen. Daarna heb ik mijn kennis en ervaring op verschillende plaatsen en manieren gebruikt.
Vanaf 1991 heb ik gedurende 10 jaar informatie en advies gegeven aan de Pharostelefoon, het landelijk informatienummer van de oudervereniging. Ik heb lezingen en workshops verzorgd en artikelen en brochures geschreven.
Ook heb ik me verdiept in hoe de problematiek met betrekking tot hoogbegaafde kinderen zoals ouders die ervaren, door de politiek en door instanties met overheidssubsidie in beleid ingepast en vertaald wordt. Sinds begin 2003 heb ik dat samen met de groep Terecht bezorgde Ouders van hoogbegaafde kinderen gedaan.

Tot Januari 2009 heb ik bijdragen geleverd aan Signaal het tijdschrift van de oudervereniging.
Momenteel beheer ik deze website, voeg artikelen toe en beantwoord vragen die mij via email gesteld worden en ik houd ik me via internet, literatuur en bijeenkomsten op de hoogte van de laatste ontwikkelingen met betrekking tot hoogbegaafdheid.

Waarom doe ik dit alles?

Ik doe dit omdat ik met mijn kennis en ervaring een bijdrage wil leveren aan een zo vroeg mogelijke erkenning en herkenning van hoogbegaafde kinderen.
Ook ben ik van mening dat begeleiding die uitgaat van de mogelijkheden van hoogbegaafde kinderen hen veel onbegrip en onnodig verdriet bespaart. Bovendien krijgen zij door zo'n benadering de ruimte om zich te kunnen ontwikkelen tot evenwichtige volwassenen.
Verder vind ik dat informatie over hoogbegaafdheid zo breed mogelijk beschikbaar moet zijn. Ouders, leerkrachten en anderen kunnen dan zelf keuzes maken hoe zij hun begeleiding van hoogbegaafde kinderen gestalte willen geven.


november 2014
Dini van den Heuvel