Professioneel omgaan met hoogbegaafde leerlingen in het basisonderwijs

Boekbespreking door Dini van den Heuvel


Professioneel omgaan met hoogbegaafde leerlingen in het basisonderwijs
Door Sylvia Drent en Eleonoor van Gerven.
Uitgever van Gorcum 2007, derde herziene druk
ISBN 9 789023 243212

Waarom dit boek?

De auteurs hebben het boek geschreven omdat:
- Leerkrachten die momenteel in het onderwijs werken tijdens hun opleiding nauwelijks iets gehoord hebben over hoogbegaafdheid.
- En omdat er onvoldoende scholingsaanbod beschikbaar is waarin eenduidig wordt ingegaan op de begeleiding van hoogbegaafde leerlingen.

Het is hun bedoeling met dit boek lijn te brengen in de veelheid van informatie die er over het onderwerp beschikbaar is en het boek tijdens (na)scholingscursussen te gebruiken als cursusboek. Het boek bestaat uit tien hoofdstukken, waarin achtereenvolgens de volgende facetten van het omgaan met hoogbegaafde leerlingen in het basisonderwijs aan bod komen: wat is hoogbegaafdheid, het signaleren en diagnosticeren van een hoogbegaafd kind, vervroegde doorstroming, aanpassen van reguliere lesstof door middel van compacting, verrijkingsonderwijs, begeleiding van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong, het opzetten van een zorgdossier, onderpresteren, hoogbegaafde leerlingen die moeite hebben met leren en het opzetten van een beleidsplan. Ook hebben de auteurs de ervaringen van leerkrachten, die tijdens de nascholingscursussen aan de orde kwamen, meegenomen in het boek.

Twee gedachten

Wat mij betreft zijn de auteurs met dit boek erin geslaagd leerkrachten en scholen handvatten aan te reiken om te komen tot een structurele aanpak van het begeleiden van hoogbegaafde leerlingen. Op zich al een grote stap vooruit. Want als iedere basisschool met zo’n beleidsplan gaat werken krijgt het begeleiden van hoogbegaafde kinderen structureel en systematisch een plaats binnen het onderwijs.
Met betrekking tot de inhoud van het onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen, zoals dat in het boek aan de orde komt, hink ik op twee gedachten.
Ik mis aandacht voor het top-down leren en de begeleiding van de (verdere) ontwikkeling van hun metacognitieve vaardigheden. Het zijn juist deze behoeften en mogelijkheden waarover hoogbegaafde kinderen beschikken die niet aan bod komen in het huidige onderwijs.
Verder zou ik graag zien, dat er door de scholen een activiteitenplan gemaakt wordt met betrekking tot het professioneel omgaan met hoogbegaafde leerlingen in plaats van een zorgdossier. Dit om de begeleiding van hoogbegaafde leerlingen uit de hoek van de zorg te halen en hen te begeleiden als leerlingen met mogelijkheden.
Ook zou ik de communicatie van leerkrachten met de ouders meer expliciet aandacht geven. Zodat de inbreng van ouders niet beperkt wordt tot het geven van informatie bij de signalering, diagnostiek en onderpresteren. Maar dat de ervaring van de ouders gedurende de gehele schoolperiode van hun kind welkom is op school Want dan pas kunnen leerkrachten en ouders, als partners, van elkaars ervaringen gebruik maken.

Positief vind ik dat de auteurs in het hoofdstuk Compacten ingaan op de behoefte en mogelijkheden van hoogbegaafde kinderen met betrekking tot minder herhaling. Ook positief vind ik dat de auteurs in het hoofdstuk Verrijking suggesties voor verrijking aanreiken die leerkrachten kunnen gebruiken in de tijd die er door het compacten van lesstof vrijkomt.
Bovendien geeft het hoofdstuk over de begeleiding van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong mij een heel goed gevoel. In dit hoofdstuk komen zowel de cognitieve, de motorisch, de sociaal en emotionele en de niet-cognitieve schoolse vaardigheden aan bod. En is er in dit hoofdstuk naast aandacht voor leerprestaties, ook aandacht voor het leerproces, voor de manier waarop leerlingen tot prestaties komen. En deze aanpak zou wat mij betreft meer expliciet doorgevoerd moeten worden tijdens de gehele basisschoolperiode.

Conclusie

Volgens mij hebben de auteurs met dit boek inderdaad wat meer lijn gebracht in de veelheid van informatie die er over hoogbegaafdheid bestaat. Verder reiken zij leerkrachten en scholen praktische handvatten aan om het omgaan met hoogbegaafde kinderen structureel en systematisch een plaats te geven in het beleidsplan van de basisschool. Ook gaan de auteurs erop in hoe leerkrachten inhoudelijk hun onderwijs kunnen aanpassen aan hoogbegaafde leerlingen. Om met deze inhoudelijke aanpassingen nog beter aan te sluiten bij de behoeften en mogelijkheden van hoogbegaafde leerlingen zijn volgens mij wel aanvullingen nodig.