Hoogsensitieve personenDini van den HeuvelHoogsensitieve personen. Hoe blijf je overeind als de wereld je overweldigt. Door: Elaine N. Aron. Uitg. Archipel, onderdeel van Arbeiderspers. 2002 ISBN 90 6305 023 2/ NUR 770 Een vriendin, die zelf ook hoogbegaafde kinderen heeft, attendeerde me op het boek met bovenstaande titel. Het is geschreven door Elaine Aron. Zij is onderzoekspsycholoog, hoogleraar, psychotherapeut, romanschrijfster en zelf een hoog sensitieve persoon. Zij heeft onderzoek gedaan naar sensitiviteit en zij heeft zelf ervaring met zowel de voordelen als de uitdagingen die hoog sensitief zijn opleveren. In het voorwoord van haar boek schrijft zij dan ook: “Als je net zo bent als ik heb je heel wat keren gehoord: Doe niet zo overgevoelig. Hierdoor kreeg ik het gevoel dat ik heel anders was dan de rest. Ik dacht dat er iets grondig mis met me was. Maar het tegengestelde is het geval. Over een sensitief zenuwstelsel beschikken is normaal en is in principe een neutrale eigenschap. Het zit waarschijnlijk in je genen. In onze cultuur wordt het echter niet als ideaal
beschouwd als je over deze eigenschap beschikt, en dat feit heeft
waarschijnlijk een enorme invloed op je gehad. Goedbedoelende ouders en
leraren hebben je waarschijnlijk geholpen om het te ‘overwinnen’ alsof
het een gebrek was. Andere kinderen waren er ook niet altijd even aardig
over. Als volwassene heeft het je waarschijnlijk meer moeite gekost om
de juiste baan en relaties te vinden en om in het algemeen een gevoel
van eigenwaarde en zelfvertrouwen te krijgen. Hoogsensitief en hoogbegaafdDit voorwoord maakte mij erg nieuwsgierig naar de inhoud van het boek en deze heeft me niet teleurgesteld. Integendeel ik heb het boek met veel plezier en herkenning gelezen. Het werd voor mij helemaal de moeite waard doordat zij ook aandacht besteedt aan betere manieren om (hoog) begaafde kinderen op te voeden. Deze zijn immers ook dikwijls hoog sensitief. Zij attendeert hierbij op de ideeën van Linda Silverman, een bekend Amerikaans onderzoekster van hoogbegaafdheid.(blz.115 ev.). Bij het lezen hiervan dacht ik aan wat de moeder van Stan mij onlangs vertelde:
Tot zover dit voorbeeld van Stan. Wat zou er zijn
gebeurd als Stan niet teruggezet was naar groep 3, maar de meester hem
had laten merken dat het niet raar is dat hij nog niet zo vlug kan
schrijven, dat dat wel goed komt. Tegelijkertijd had hij de andere
kinderen in de klas duidelijk kunnen maken dat het huilen van Stan niet
kinderachtig is. Dat iedereen wel eens teleurgesteld is en dat dat
weinig met kinderachtigheid te maken heeft. AanvullingAccepteren van gevoelens en het ondersteuning geven
bij het leren hanteren ervan in moeilijke situaties zal bij begeleiding
van hoogbegaafde kinderen hand in hand moeten gaan met het aanbieden
van extra cognitieve uitdagingen. Niet het een of het ander maar
evenwichtig naast elkaar. Bij intellectueel hoogbegaafde kinderen die
ook hoog sensitief zijn zelfs alle twee op hoog niveau. Elaine Aron gaat in haar boek wel uit van hoog sensitiviteit en besteedt hier heel nadrukkelijk aandacht aan omdat het in onze cultuur niet als ideaal beschouwt wordt als je over deze eigenschap beschikt. Maar zij heeft ook duidelijk oog voor de schaduwkanten van hoog sensitief zijn en vindt dan ook dat je ook deze goed moet leren kennen. Want daarna is het volgens haar pas mogelijk te streven naar een nieuwe ‘heelheid’. Dit in navolging van de psycholoog Carl Jung. Hij vindt dat we zowel onze zintuiglijke waarneming van feiten als onze intuïtie waardoor we de subtiele betekenis van feiten waarnemen, serieus moeten nemen en ontwikkelen. Hetzelfde geldt volgens hem voor de twee manieren waarop we omgaan met informatie die we opnemen. Dit gebeurt door middel van onze ratio, gebaseerd op logica of wat universeel waar lijkt te zijn of door middel van ons gevoel, gebaseerd op persoonlijk ervaring en wat goed lijkt te zijn voor onszelf en voor anderen om wie we geven. TipsNaast bovengenoemde aandacht voor de combinatie hoogbegaafd en hoogsensitief geeft de schrijfster tips voor leraren die werken met hoogsensitieve leerlingen. Ook gaat zij uitgebreid in op de relatie hoogsensitieve personen, gezondheidszorg en therapie, inclusief medicijngebruik zoals Prozac. Het zou volgens mij ook de moeite waard zijn om bij diagnoses waarbij aan hoogbegaafdheid en/of ADHD en/of aan een aan autisme verwante stoornis gedacht wordt de relatie met (hoog)sensitiviteit in overweging te nemen en bij de begeleiding een rol te laten spelen. Het kan hierbij wel eens om een heel slim kind gaan. Een kind dat (over)gevoelig is voor prikkelingen in een omgeving, onze cultuur die hier slecht mee om kan gaan. En dat dat de oorzaak ervan is dat zo’n kind soms gedrag vertoont dat overeenkomt met gedrag van een kind met ADHD of Asperger. Het boek is een aanrader voor ouders, leerkrachten of andere deskundigen, die bij de begeleiding van de komende generatie kinderen betrokken zijn en hen minder op willen zadelen met de overmatige aanpassing op sensitief gebied, die zij zelf als een dwangbuis ervaren hebben. Maar ook voor volwassen die gewoon meer zicht willen krijgen op hun (hoog)sensitiviteit en hoe zij deze aan kunnen wenden tot hun eigen voordeel met betrekking tot sociale contacten, carrière en gevoelsleven. |